FOUT
Slaapdruk is iets wat doorheen de dag opgebouwd wordt en niet alleen naar de avond toe, de stof adenosine speelt hier een belangrijke rol. De behoefte aan slaap (= slaapschuld) ontwikkelt zich dus eigenlijk van het moment dat je de dag start.
Hoe langer het geleden is dat je sliep, hoe groter die slaapdruk wordt. Hoe kleiner je kind is, hoe vaker die slaapschuld moet ingelost worden. Daarom is het belangrijk dat je kind regelmatig slaapt overdag, zodat hij niet oververmoeid wordt. Hierbij is het van belang om ervoor te zorgen dat je kind enerzijds niet ondervermoeid is (= te weinig slaapschuld) en anderzijds niet oververmoeid is (= te veel slaapschuld). Beide kunnen er voor zorgen dat je kind moeilijk inslaapt, frequent wakker wordt of te vroeg ontwaakt uit zijn dutje/nachtslaap.
Hoe kan je dit nu in balans houden? Dit kan aan de hand van wakkertijden of vermoeidheidssignalen. Zo kan je rekenen én zien wanneer het tijd is voor een dutje en hoe lang dat dutje best duurt.
De meest ideale slaap krijg je als de biologische klok van je kind & de slaapschuld mooi op elkaar inspelen. Start de dag dus steeds rond hetzelfde moment & bied regelmatig slaap(jes) aan.
De hoeveelheid slaap die een kind nodig heeft en hoe lang hij wakker kan zijn verschilt van kind tot kind maar er zijn gemiddeldes per leeftijd die je kan hanteren als indicatie. Je vindt er alles over terug in onze routinegids.
Slaap ze,
Anoek & Lien
